GH219 | Eén week later...

Geplaatst op 11 mrt 2019 - 14:17

Het idee: vorige week zaten we nog met onze billen met ruim 40 graden op het Ghanese strand

Vandaag, op deze druilerige zondag 10 maart, zijn we précies een week terug in Nederland. Lichamelijk dan, want met ons hoofd zitten we stiekem nog wel een beetje in Nalerigu. Graag sluiten we ons verhaal netjes af door over de laatste dagen te schrijven, want we voelen ons nu wat incompleet. Bovendien weten we ook nog niet of Tjebbe inmiddels door de paspoortcontrole heen is…

We gaan dus even terug naar de donderdag en dat was onze reisdag! Tja, wat valt daarover te vertellen? Het was vooral een on-ge-lo-fe-lijk lange rit! We gingen uit van 14 á 16 uur buszitten. Dat buszitten werd uiteindelijk maar liefst 18 uur. Af en toe moest er wat aan de bus gesleuteld worden en zo nu en dan moest één van ons even de bus uit vanwege buikloop. We hebben nog wel wat tijd ingehaald door op het kantoor van AG Care in Tamale enkel naar het toilet te gaan en niet uitgebreid te gaan zitten lunchen. In de bus werd in die 18 uur dus tweemaal brood gesmeerd, maar er werden ook spelletjes gespeeld, foto’s van de reis bekeken, de laatste groetjes voorgelezen en Tjebbe vroeg (voor een vriend van hem), omdat we dus even internet hadden, wie de winnaar van The Voice of Holland was geworden. Monica en Debra (+ 1 schaap) zetten we trouwens in Accra af. Tijdens de laatste uurtjes werd er vooral geslapen. Zelfs de heren die iedere avond in Nalerigu door Jan werden voorgelezen, sliepen in (zonder voorleesmomentje, dus). We kwamen na middernacht aan in ons hotel en doken gelijk onze ‘eigen’ slaapkamer in. De muskietententjes stonden opnieuw in een mum van tijd, máár eigenlijk viel ook op dat velen zeiden: ‘Oh, nee joh! Ik laat ‘m lekker in m’n tas zitten. Veel te veel gedoe.’ Dit laat maar eens zien wat 17 dagen Ghana met je doen: je draait je hand gewoon niet meer om voor een kakkerlakje hier of daar.

Vrijdags mochten we gelukkig ietwat uitslapen! Om half negen zaten we aan het ontbijt waarna we de bus weer instapten op weg naar fort Goede Hoop. Maar voordat de hele bups in de bus zat, voelden we een drupje regen. In die 17 dagen hebben we Iris (T.) nog nooit zo gelukkig zien kijken! Ein-de-lijk. Na dagen ruim 40 graden en extreme droogte mochten we een regendruppel voelen. Nou, en dat hebben we geweten. Na een drie uur durende busreis (ja, die bus waren we inmiddels echt wel zat) kwamen we aan bij het fort en het kwam met bakken uit de lucht. En vooral Tjebbe, die een hoofdrol lijkt aan te nemen in deze update, heeft van de regen genoten toen hij even de grond mocht kussen terwijl hij een kort sprintje trok van de bus naar een tent om te schuilen. Terwijl hij medisch werd verzorgd, kon de rest een bammetje eten met uitzicht op het fort. In groepjes mochten we het fort binnen en daar kregen we een rondleiding. We zagen de plekken waar de mannelijke en vrouwelijke slaven werden ‘opgeslagen’ en ook zagen we de plek van waaruit de slaven naar het slavenschip werden gebracht. Het was surrealistisch om op dit verzameldepot voor slaven te staan, wetende dat wij onze welvaart en Amsterdamse grachtengordel te ‘danken’ hebben aan dit stukje uit de geschiedenis waar wij als Nederlanders niet trots op hoeven te zijn.

Tot op onze onderbroek doorweekt renden we na de rondleiding terug richting de bus, waar het overigens niet per se droger was. Onze Chinese bus bleek aan alle kanten lek te zijn. Via de airconditioningsklepjes sijpelde de regen naar binnen, maar ook de klok liet het water naar binnen lopen. Op zijn Ghanees werd bij sommige gaten een doek naar binnen gepropt, maar het mocht allemaal niet baten. Gelukkig konden we ook dit prima aan: onze standaarden zijn simpelweg gedaald. Overigens voor de voetbalfans misschien nog leuk om te vermelden: op de weg naar het fort kwamen we een scout-bord van Feyenoord tegen! Wist u – wij hebben stiekem research gedaan – dat Feyenoord een groots Ghanees verleden heeft? Feyenoord had ooit een voetbalacademie en zelfs een Ghanese voetbalvereniging aan de kust van Ghana. Goed, over tot de orde van de dag! We sloten de vrijdag af met een overheerlijke spaghetti en konden nog even nakletsen voordat we ons bed indoken. Stan, Olivier en Lucas hadden andere plannen op de kamer. We zeggen er maar vooral niet te veel over, maar kunnen wel verklappen: er is beeldmateriaal! 

Zaterdag was alweer onze allerallerallerlaatste dag in Ghana en dus onze laatste dag samen. Da’s best heftig om te beseffen! Gelukkig hadden we nog wat mooie activiteiten op het programma voordat we daadwerkelijk het vliegtuig in zouden stappen. Als eerste reden we richting de toeristenmarkt en daar wisten alle standhouders al snel van onze komst, want we werden overal mee naartoe getrokken. Voor ons begon hier het afdingspel en wauw, wat waren de deelnemers hier eigenlijk goed in! Djembés werden in groot en klein ingeslagen, maar ook schilderijtjes, sleutelhangers, beeldjes, sieraden en ander Ghanees goed ging mee de bus in. Laten we het zo zeggen: we hebben de Ghanese economie flink gestimuleerd. Terwijl we weer op weg waren, deelde Iris (T.) namens de leiding aan ons allemaal een schilderijtje uit. Wat een mooi gebaar! Het was namelijk de bedoeling dat we de schilderijtjes aan elkaar zouden doorgeven om er bijzondere woorden voor de ander op te zetten. Zo zou ieder een fantastische, blijvende herinnering hebben. Er werd druk geschreven, maar we maakten ons ook op voor de volgende activiteit: het strand! Daar aangekomen trokken we als een gek onze kleding uit (de badkleding hadden we ’s ochtends al aangedaan) om verkoeling te zoeken in zee. We hadden ruim twee uur de tijd om van het water te genieten! Wat een fantastische afsluiter. Op het strand keken we ondertussen onze ogen uit, want ook hier bedenken ze van alles om geld te verdienen aan toeristen. Je kon paardrijden of puppy’s vasthouden om vervolgens met ze op de foto te gaan. Daarnaast haalden een aantal Ghanese jongens allerlei acrobatentrucs uit waarna ze met de pet rondgingen. Je kon zeker wel spreken van zenuwslopende acrobatiek zoals je die kent van het Wereldkerstcircus in Carré! Een enkeling van ons gaf de laatste cedi’s uit aan een verfrissend colaatje en daarna hadden we onze laatste stop in Accra bij het hoofdkantoor van AG Care. Eén van de kokkinnen van de Gbangu-groep was speciaal ingevlogen vanuit Tamale voor onze laatste warme maaltijd. En wat voor een maaltijd? Onze schaap! Natúúrlijk! Die waren we niet vergeten. We hadden natuurlijk bij onze laatste avond in Nalerigu nog een schaap gekregen en die heeft de 18 durende busreis gewoon netjes overleefd. Na de stevige maaltijd werden we met mooie woorden door Joseph, de baas van AG Care, uitgezwaaid en gingen we dan toch echt op weg naar Kotoka International Airport.

Op het vliegveld aangekomen, werden de souvenirs nog snel in de bagage gestopt en dit was het moment om ook Stephen gedag te zeggen. Wat is het gek om afscheid te nemen. Hij heeft 17 dagen ontzettend goed voor ons gezorgd en daar zijn we hem dan ook erg dankbaar voor! Nadat we door de douane waren, werden dan toch écht de allerlaatste cedi’s uitgegeven aan wat chips of M&M’s en er werd druk op de schilderijen geschreven. De vlucht verliep verder volgens planning en we verheugden ons eigenlijk ook wel weer op het weerzien met onze familie en vrienden. Het was een beetje dubbel, want we realiseerden ons ook: dit zijn de laatste uurtjes met deze fantastische groep. We hebben lief en leed met elkaar gedeeld en we hebben een waardevol project sámen meegemaakt. We gaan elkaar gewoon missen! En niet zo’n beetje ook. We kennen elkaar en we weten inmiddels wat ieder zijn of haar kracht is. Daarbij hebben we als groep onze eigen onderlinge grapjes waar buitenstaanders niets van begrijpen. Dat is iets om te koesteren. 

Op Schiphol namen we dan ook de tijd om afscheid van elkaar te nemen. Knuffels en mooie woorden werden uitgewisseld en het was best gek om te zeggen: ‘Euhh..tot euhh…?’. Maar hé, die reünie gaat er komen, hoor! En hopelijk zijn we dan met 35, want uiteindelijk gingen we maar met 34 door de douane. Tjebbe kwam er bij de paspoortcontrole namelijk achter dat zijn paspoort toch echt niet in zijn buurt was gebleven en waarschijnlijk nog in het vliegtuig lag. Terwijl wij dus onze papa’s, mama’s, broers, zussen, opa’s, oma’s en vrienden en vriendinnen knuffelden, werd er door Tjebbe (gelukkig met ondersteuning van Cees) druk naar zijn paspoort gezocht. Wij hopen dus dat Tjebbe inmiddels ook gewoon weer op zijn Stanislascollege de lessen volgt. Tjebbe, als je dit leest…kun je ons dan bevestigen dat je weer in Delft bent?

Lieve lezers, mogen wij jullie in ieder geval bedanken voor het meeleven en het meelezen tijdens ons project? De groetjes deden ons veel goed en ook het warme onthaal op Schiphol zullen we niet snel vergeten. Het was drukker dan we mochten hopen en wát een lieve woorden werden er uitgesproken. Aan alle lieve mensen die gedoneerd hebben, geholpen hebben bij onze acties, meeleefden en er voor ons waren voor, tijdens en na het project: bedankt!
(Oh ja, en nu worden we overvallen met vragen als: ‘Hoe was het?’. Ja, zie dat maar eens te beantwoorden. Het was fantastisch, zwaar, indrukwekkend, gezellig, vermoeiend, ontroerend, tof... Eigenlijk kunnen we nog wel 100 bijvoeglijk naamwoorden bedenken om deze reis te beschrijven. Wij mochten in ieder geval heel erg van dit project genieten en hopelijk hebben we elkaar iets kunnen meegeven waar we ons verdere leven iets aan hebben.)

De bouwprojecten van World Servants bieden jongeren de kans om mee te bouwen aan verandering. Hun inzet tijdens een werkvakantie laat praktisch zien wat de kracht van dienen is. Door samen met een lokale gemeenschap te werken aan een ontwikkelingsproject van een lokale ontwikkelingsorganisatie, veranderen niet alleen de levensomstandigheden voor de hele gemeenschap, maar veranderen ook de jongeren zelf.

In veel Nederlandse kerken is een World Servants-project onderdeel van het jongerenwerk van de kerk. Diaconaat en jeugdwerk lopen zo naadloos in elkaar over en een hele gemeente komt in beweging rond het project. Werkvakanties hebben daardoor een blijvende impact, zowel in Afrika, Azië of Latijns-Amerika als in Nederland.