GH219 | Ook hier is het zondag voetbaldag!

Geplaatst op 25 feb 2019 - 18:34

Inmiddels genieten ook wij hier van wat vrije uurtjes. Vele lezers zijn inmiddels richting de sneeuw vertrokken. Sommigen zijn hier jaloers op, met name wanneer het zweet over de rug loopt bij het beton scheppen. Anderen genieten van het warme weer hier en krijgen steeds meer zin in de aankomende zomer.

Zoals eerder geschreven, waren Kiki, Manal, Sterre en Iris (T.) zaterdagochtend op pad om de lokale kunstvormen te ontdekken. Eigenlijk hebben ze niet echt kennis kunnen maken met de kunst van Nalerigu, omdat alles wat hier gemaakt wordt toch wel een functie moet hebben. Geld wordt besteed aan nuttige dingen en niet aan tierelantijntjes of frutsels. Ze hebben met name timmermannen aan het werk gezien, maar ook een graffitimuur bewonderd. Na de lunch hadden we wat vrije tijd. De jongeren hingen zoals ze dat zo lekker kunnen (de gangsterrap knalde uit de speakers) en Jan dacht wel even rustig onder een boom te kunnen chillen. Zijn oogjes gingen dan ook toe, terwijl vijf Ghanese kinderen om hem heen speelden. Terwijl Jan lekker zat te knikkebollen, zaten al die koppies om hem heen te giechelen. Bij het wakker worden was het getal van vijf kinderen zo ongeveer vertienvoudigd. Verder stonden er voor de zaterdag wat cultuuractiviteiten op het programma. We zouden gaan fietsen! Dat ging weer lekker op zijn Ghanees. Nee hoor, hier is geen fietsverhuurbedrijf dat 35 fietsen aanlevert. Stephen pleegde een belletje en zo kwamen er drie fietsen aan en konden we om de beurt met een leraar een tochtje maken. Het was nu niet echt een sight seeing tour, maar hé: wie kan er nu zeggen in Ghana gefietst te hebben? Het fietsen hier vergt bovendien wel wat skills, hoor. Niks geen gladgestreken weggetjes en ook geen fietsen met een lekker zittend zadel of een ketting die er gewoon op blijft liggen.
Over de Ghanese kinderen gesproken: voor ons zijn het niet meer groepjes mooie, donkere kinderen met gladgeschoren kroeshaar en een altijd aanwezige glimlach. Wij leren ze steeds beter kennen en ze zijn nu voor ons Malik, Patience en Clifford. Dit is mooi, omdat we nu écht weten voor wie we dit werk doen. Het geeft echt meer betekenis. Zo ook wat betreft de leraren. Patience (ja, deze naam komt hier veel voor), Fredrik, Abraham en alle andere leraren zijn dolblij met de drie extra lokalen die ze binnenkort in gebruik kunnen nemen. Op dit moment wordt er met twee klassen in één lokaal lesgegeven. Dat betekent dus dat de leerlingen, zo’n 40 stuks, met de rug naar elkaar toe zitten met één leraar aan de ene kant en één leraar aan de andere kant. Denk ook maar niet dat kinderen in de schoolbanken zitten; ze werken vaak op de grond in hun schrift. Straks kunnen ze gelukkig allemaal in hun eigen lokaal!
Goed, even terug naar de lokale bevolking: na het fietsen was het namelijk tijd voor de huisbezoeken! In groepjes gingen we langs bij de hutjes om ons heen. Zo hebben we de complete familie van Malik mogen ontmoeten en kwamen we ook terecht bij een familie die echt wel wat meer comfort had dan de andere familie. De moeder des huizes legde uit dat haar man en zoon in Amerika zitten en geld naar haar opsturen. Qua luxe en comfort heeft ze het dus in principe prima, maar je eigen man en zoon al 20 jaar niet kunnen zien, is toch ook pittig. Bij weer een andere familie maakte een man zijn eigen halters om fit te blijven. Het zou kunnen dat hij dit graag zou willen, omdat hij op het land werkt, maar in vorm zijn om er goed uit te zien, wordt ook hier belangrijk gevonden. Bij terugkomst van de bijzondere ontmoetingen stond er een Ghanese jongen met een speaker bij ‘onze’ boom en uiteindelijk kwamen zelfs moeders vanuit hun hut naar ons kijken; met z’n allen en tientallen Ghanese kinderen showden we onze dansskills. Lauranne en Kiki leerden van een lerares zelfs een nieuwe choreo.
In de avonduren, na opnieuw een heerlijke spaghetti, vermaakten we ons onder andere met het dartbord. Een grote groep heeft bovendien het Weerwolven ontdekt en met name Jasper (W.) zal zich de potjes immer blijven herinneren. Wanneer hij zaterdagavond met de juiste theorie kwam, keerde de groep zich fel tegen hem en werd hij genadeloos afgemaakt. Toen bleek dat hij wel degelijk gelijk had, eerde de groep hem gelukkig op mooie wijze door alsnog zijn idee uit te voeren. We hopen dat Jasper inmiddels weer een beetje op de been is na dit voorval. Eén iemand is in zijn vrije tijd trouwens continu met andere dingen bezig, namelijk onze Lucas. Hij was 90 cedi kwijt en ook zijn bril was spoorloos. Bij nader inzien blijkt gewoon dat hij al vrij veel heeft uitgegeven (denk aan geld voor een zelfgemaakt autootje van Malik). Terwijl de één dus in zijn dagboekje schrijft en de ander een puzzel maakt, loopt Lucas zeer verward met een groot vraagteken boven zijn hoofd rond.
Op zondag was het voor ons eindelijk weekend te noemen! De heren trokken hun mooiste overhemd aan en de meiden konden eindelijk weer even tutten. De mascara ging op de wimpers en de haren werden ingevlochten: we zouden een bezoek brengen aan de kerk voor een kerkdienst. Bij aankomst bij de kerk wisten we direct: dit gaat er anders aan toe dan in Nederland. Er werd gelachen, gezongen en gedanst, er was ruimte om geld te doneren aan de kerk en door de pastoor werden we welkom geheten. Iris (T.) en Jan legden uit wat wij in Nalerigu kwamen doen. De pastoor vertelde nog twee prachtige verhalen en van één van de verhalen was de moraal: ‘Help someone to succeed!’. Een prachtige quote die we nu op een blaadje op de compound hebben hangen, bij de dagspreuken. Samen met de pastoor en zijn vrouw nog even op de foto en we gingen weer terug richting onze compound. Het was namelijk de hoogste tijd voor een activiteit waar velen al lange tijd naar uitkeken en daarom móesten we nu de tactiek bespreken. Want terwijl jullie genoten (of moesten huilen…) van PSV-Feyenoord of van ADO-Ajax, schoven wij snel een boterham naar binnen om de opstelling te bepalen voor Ghana – The Netherlands. De oranje t-shirts gingen aan en we stonden klaar! De Ghanezen leken in eerste instantie niet op de hoogte van dit grootse evenement, maar niets bleek minder waar: binnen een mum van tijd kwamen tientallen Ghanese voetballers het veld op rennen. Allen in een officieel nationaal team-shirtje. Vanwege de gele kleur van de shirtjes was Glenn even in de war. Hij moedigde namelijk Ghana aan in plaats van ons Nederlandse team (hij heeft zijn straf wel gekregen gezien de uitslag van ADO…). Voor de wedstrijd startten we natuurlijk met onze volksliederen en werd er succes gewenst. In eerste instantie dachten wij dat we te maken hadden met heel schattige, kleine Ghanese voetballertjes. Hier werden we toch even goed voor de gek gehouden, want ze renden ons er geregeld uit. We dachten dan ook dik ingemaakt te worden, maar na een goede pass van Andy op Julian was daar dan toch echt de gelijkmaker. We moesten in de tweede helft dan ook met grof geschut komen. Waar Ghana uiteindelijk vier keer wist te scoren, konden wij 2x op Julian rekenen, 2x op Andy en 1x op Tjebbe. Graag willen we ook nog Britt genoemd hebben, want tsjonge, wat kan die meid voetballen! Met passie rende ze over het hobbelige veld tussen het afval door. Maar goed: we were the champions! Wát een wedstrijd: 5-4! We hadden zowel Nederlandse als Ghanese supporters, het publiek was zeer uitbundig, want er werd gezongen en zelfs de wave werd gedaan. Hoewel  niet altijd direct even duidelijk was of onze lerares/scheidsrechter Patience de goals goedkeurde, was dit een zeer professionele wedstrijd te noemen. Zelfs de pers, Fimmy, was aanwezig en na het fluitsignaal stelde het Nederlandse team zich sportief op door een erehaag te vormen voor de Ghanese toppers. Ons team, bestaande uit zowel mannen als vrouwen, mocht écht trots zijn op zichzelf. Er werden complimenten uitgedeeld aan elkaar en Daphne mocht als coach meer dan tevreden zijn met deze geweldige overwinning. Julian bleef zijn coach maar loven, maar laten we er wel bij zeggen dat zijn coach over ongeveer 12 weken nog zijn eindexamen Nederlands moet nakijken.  
Bij het diner werd ‘We are the champions’ gezongen alvorens we aan onze Ghanese specialiteit, pindasoep, mochten beginnen. In de tussentijd hadden we op de compound nog bezoek van de directrice van de school. Ze blijkt een winkeltje in Tamale te hebben met allerlei Ghanese spullen. Zo zijn er inmiddels dus al wat souvenirtjes ingeslagen! Verder vermaken we ons ’s avonds prima. Stephen gooit zelfs af en toe een pijltje mee bij het darten en van Daphne krijgt hij cursussen in Word. ’s Ochtends is het trouwens ook altijd heel gaaf om de lokale bevolking te groeten. Na onze les in Twi weten we wat we moeten zeggen en de Ghanezen waarderen dat ten zeerste.

Op het moment van schrijven zijn Lillian, Andy, Jolet, Jasper (D.), Laurien, Iris, Jasmijn, Eline, Benjamin en Fimmy zojuist teruggekomen uit het ziekenhuis. Geen zorgen! Niet voor henzelf, maar gewoon om er een kijkje te nemen. Ze kwamen vol verhalen en nieuwe indrukken terug. Ze mochten daadwerkelijk overal een kijkje nemen: de kleine baby’tjes zagen ze in de couveuse liggen, maar ook het lab en de tandartsstoel (schijnt er echt escape-room-achtig uit te zien) hebben ze gezien. Wat kleine weetjes: afgelopen jaar werden hier maar liefst 3119 baby’s geboren, er zijn maar 5 dokters in dit ziekenhuis (onder wie een aantal Amerikanen) en de vrouwen worden bij een keizersnee niet verdoofd.

Een lange update, maar we kunnen natuurlijk niet afsluiten zonder iets over de bouwplaats te hebben verteld. Inmiddels liggen de golfplaten op het dak én het beton storten is klaar! Voor sommige scheppers was dit toch een emotioneel momentje, want ze zullen nooit meer beton maken (aldus henzelf. Als ik u was, zou ik ze gerust een extra taakje geven thuis).

De bouwprojecten van World Servants bieden jongeren de kans om mee te bouwen aan verandering. Hun inzet tijdens een werkvakantie laat praktisch zien wat de kracht van dienen is. Door samen met een lokale gemeenschap te werken aan een ontwikkelingsproject van een lokale ontwikkelingsorganisatie, veranderen niet alleen de levensomstandigheden voor de hele gemeenschap, maar veranderen ook de jongeren zelf.

In veel Nederlandse kerken is een World Servants-project onderdeel van het jongerenwerk van de kerk. Diaconaat en jeugdwerk lopen zo naadloos in elkaar over en een hele gemeente komt in beweging rond het project. Werkvakanties hebben daardoor een blijvende impact, zowel in Afrika, Azië of Latijns-Amerika als in Nederland.